Wat is de nummer 1 doodsoorzaak? Tabak? Alcohol? Suiker? Fijnstof? Vet? Nope.
Vandaag stond het niet zo schokkende nieuws in Trouw: eenzaamheid. Niet heel nieuw, aangezien middels het langstlopende geluksonderzoek ter wereld, onder de huidige leiding van Robert Waldinger, dit er al uitkwam. En de TED-talk was er al in 2015. Eenzaamheid kost u gemiddeld 12 jaar van uw leven. En dan is dat natuurlijk ook nog eens een kloteleven.
En dan nu: wat is de nummer 1 geluksfactor? Geld? Succes? Selfies? Pain Erasers? Ook niet. Om gegrond gelukkig te zijn hebben we allereerst en bovenal diepe, kwalitatief hoogwaardige menselijke relaties nodig. Ook niet nieuw. Je kunt het nazien in de TED-talk van de geluksonderzoeker Emily Esfahani Smith van 2017.
Opgeteld: het ondergaan van hoogwaardige intermenselijke relaties zorgt ervoor dat we langer en gezonder blijven leven, én dat we dat leven hoger waarderen.
Allright.
Nu hebben we in Nederland al een tijdje zoiets als sociale zekerheid. Het houdt concreet in dat we, tenzij we ernstig uit de bocht vliegen, altijd wel een dak boven ons hoofd en genoeg geld hebben om, zij het minimaal, rond te komen. Maarruh…. wacht, wacht…. dat is geen sociale zekerheid. De veel correctere term is financiële zekerheid: hoe kan ik immers zeggen dat ik sociale zekerheid geniet, als ik met mijn AOW ergens weg rot in een flat tien hoog met geen, werkelijk nul sociale contacten?
Misschien is de maatschappelijke generieke onrust waar zoveel bezorgde psychiaters, filosofen en politici de laatste tijd over spreken en waarvan ‘we er nog achter moeten komen wat de oorzaak en de bijbehorende oplossing dan precies is’, wel helemaal niet moeilijk te duiden. Waar de leiders van dit land na WOII wilden garanderen dat iedereen kon overleven op de onderste twee lagen van de Maslow piramide, zijnde onze lichaamsbehoeften en een omgeving die veilig is, is de logische volgende stap dat mensen zich niet meer individueel hoeven in te spannen op de laag die daarop volgt: sociale acceptatie. Hoe zou een wereld er uit zien waar liefde, vriendschap, erbij horen, genegenheid, familie zou zijn gegarandeerd?
Een voorbeeldje: na 20 jaar huwelijk ben ik helemaal klaar met mijn vriendin. Ben ik me daar bewust van? Nee, maar de plotselinge hartstochtelijke relatie met mijn vijftien jaar jongere buurvrouw is wellicht een signaal. Goed. Het komt uit, en de scheiding voltrekt zich. Nu zijn we allemaal al bekend met partneralimentatie, boedelsplitsing en andere financiële ellende maar dan nu: ik blijf eveneens verantwoordelijk voor het gegeven dat het verlies van de relatie die mijn ex met mij had, wordt gecompenseerd. Met andere woorden: ik word medeverantwoordelijk voor het realiseren voor een nieuwe relatie voor haar, waarbij een willekeurige kerel van de straat natuurlijk niet voldoet. Het moet iemand zijn waar ze zich senang bij voelt.
Te idioot?
Een ander voorbeeldje dan. Ooit langdurig ziek geweest en in dienst? Of boventallig verklaard? Een faillissement van het bedrijf waar u werkte meegemaakt? Enige garantie ervaren in uw sociale acceptatie (lees (nogmaals): het gevoel hebben er bij te horen, benaderd te worden met genegenheid, zorg, liefde)? Ik niet. Wat ik wel ervoer bij langdurige ziekte was de oplopende druk om weer productief te worden, of op te donderen. Vooral van dat laatste werd door de toenmalige HRM-afdeling driftig werk gemaakt. Hartverwarmend. Faillissement heb ik ook meegemaakt, en de enige sociale acceptatie die ik toen kreeg was een preek van het UWV dat ik als de sodemieter binnen 3 maanden werk moest zien te vinden, want anders liepen mijn overlevingskansen drastisch terug. En ik was hoogopgeleid, dus succes ermee.
Vluchtelingen. Psychiatrisch patiënten. Alicia. Daklozen. Vereenzaamden, angstigen, jong en oud. Wat als sociale acceptatie was gegarandeerd? Hoe zou de wereld er dan uit zien? Hoe zouden de wachtlijsten bij de GGZ er dan uit zien? Hoe zouden u en ik denken en voelen, zijn, in een wereld waar je onmogelijk uit kunt vallen?
De crux van deze optie zit ‘m wat mij betreft niet in regelgeving. Dat we meer wetten en regels zouden moeten organiseren om dit gedrag af te dwingen. De crux zit ‘m in het feit dat we onvoldoende beseffen dat als we onze ex bijstaan in het vinden van een nieuwe partner, we daar zelf ook immens op vooruit gaan: het garanderen van een nieuwe langdurige diepgaande relatie voor onze ex, draagt ook bij aan een langdurige en diepgaande relatie met onze ex. Zo ook het garanderen van nieuwe en diepgaande relaties voor een werknemer met nieuwe collega’s. Ook die intentie garandeert een verdieping van de eigen gezondheid en geluksbeleving; hoe zou het zijn om in een HRM-afdeling te werken waarbij niet de effectieve afstoting van non-productief personeel voorop zou staan, maar het voor hen garanderen van een uitbreiding van het sociale werk-netwerk? En het zou niet alleen ook elke HRM-werknemer een beter leven geven, maar eveneens het hele bedrijf: kunt u zich voorstellen hoe het netwerk van dat bedrijf er uit zou zien? Door de jaren heen zouden er allemaal ex-medewerkers bij andere bedrijven rondlopen, die stuk voor stuk warme gevoelens overhouden bij de herinnering aan de oude werknemer? Ik durf hier te beweren dat de gezondheid en levensvatbaarheid van die organisatie er met sprongen op vooruit zou gaan: de gunfactor zou op 10 staan als het even minder ging, evenals de aanzuigende werking van nieuwe werknemers als de economie zou aantrekken.
Goed. Ik word overvallen door de sensatie dat ik hier een half boek over wil schrijven, dus ik hou op. Maar laat u dit niet weerhouden om met me mee te gaan in een belangrijke conclusie: het garanderen van sociale acceptatie zou de hele wereld naar een hoger plan trekken. Het zou niet alleen werken voor diegenen die van die garantie mogen genieten, maar minstens evenzeer voor de leveranciers. Beide partijen worden er immers gezonder en gelukkiger van. Het zou werken.
Voor werkelijk iedereen.