Achterstandswijk. Maar ook krachtwijk. Ontwijkende persoonlijkheidsstoornis. Of mogelijk nog erger, omdat het subtieler is: buitenbeentjes (het fruit bij Albert, dat goedkoper is omdat het vlekjes of andersoortige afwijkingen heeft).

Het is oordeeltaal. Ondoordacht of doordacht. Er wordt een norm gedefinieerd, en vervolgens wordt datgene wat buiten die norm ligt als afwijking in de spotlights gezet waarbij de norm zelf in het duister wordt weggemoffeld.

Overweegt u dit eens: de inwoners van de voorgestelde achterstands- dan wel krachtwijk kwamen zelf met de term ‘aandachtswijk’. Dat klinkt al een stuk neutraler, niet?
En wat dacht u van persoonlijkheidsaanpassing? Als de context onleefbaar en niet te veranderen is, dan pas je je aan. De enige andere optie is dat je sterft. Vandaar de aanpassing. En met dit woord heb je plots automatisch je best gedaan, in plaats van dat je screwed bent omdat je een (door derden bepaalde) enge ziekte hebt opgelopen.
Normaaltjes’. Omdat iedereen die in zijn tuin een appelboom heeft staan, wel weet dat de glanzende smetteloze appeltjes in de kruidenierschappen fokking abnormaal zijn (Ik geef toe, ook oordeeltaal, maar in dit geval zie ik mijn eigen oordeel door de vingers, omdat ik woest word van het geniepig normaliseren van die gierende hoeveelheid aan insecticiden en andere shit). Neutraler zou dit een goeie zijn: “Appels. Maar dan goedkoper.”

Venijniger

Het kan nog erger. Tegen bovenstaande voorbeelden kun je je, als je scherp genoeg bent, nog vrij aardig beschermen. Maar wat als taal je verplicht om zelf actief een oordeel te vellen?
Een voorbeeld die er wat mij betreft als een gestrekt been ingaat is deze: “Ik hou van jou.”
“Is toch lief?” zult u denken. Voor een mainstream mens vast wel. Maar voor iemand die gevoelig is voor de relatie eist die opmerking een respons. “Bedankt!” suggereert afwijzing van de zender. Net zoals “Fijn om te horen”, of “Lief van je”. Om ervoor te zorgen dat de zender zich niet afgewezen voelt, neemt de druk om “Ik ook van jou” te zeggen als vanzelf toe. Daarmee wordt dit “Ik hou van jou” een dwingende uitnodiging om een kamp te kiezen. Het is scheidingstaal.
En eigenlijk is het nog erger: omdat “Ik hou van je” ondubbelzinnig een ‘ik’ en een ‘jij’ definieert, begint het scheidingsdenken al met het gebruik van het persoonlijk voornaamwoord. Ik begrijp goed dat het de intentie van de zender is om beide partijen tot elkaar te brengen, maar het risico dat de gebruikte taal het tegenovergestelde realiseert, door juist twee partijen te definiëren, is levensgroot aanwezig.
Na het lezen van het boek “De kracht van autisme” van Vera Helleman werd me overigens een oplossing voor dit probleem voorgekauwd. Geen “ik hou van jou” maar…. “Er is liefde.” Hoe geruststellend, hoe vredig. Hoe… nou ja…: lief.

Het ontbreken van de ik-referentie

Een aantal dagen geleden was dit thema thuis de inhoud van het gesprek, en werd er op basis van het ervaren effect een poging gedaan het persoonlijk voornaamwoord in zijn geheel te aborteren uit het taalgebruik. Een lege koelkast leidde tot de volgende uitspraak: “Er is behoefte aan boodschappen.” Miauwende katten? “Er wordt om kattenvoer gemiauwd.”  Dochters die te laat thuiskwamen: “Er zijn zorgen over de kinderen.” So far so good, en deels hilarisch biensûr. Maar het moet gezegd dat de gemiddeld genomen hoeveelheid gevoelde vrede met tientallen procenten steeg bij beide betrokkenen. Lastig werd het evenwel als de realiteitsbeleving niet overeenkwam: wat te doen als het eten lekker én niet lekker is? Bij deze wordt erop vertrouwd dat non-dualiteitsdenkers hier een praktische oplossing voor hebben, en er mag op worden gerekend dat die met enthousiasme en nieuwsgierigheid zal worden ontvangen.

Conclusie

Communicatie is rijk aan scheidingstaal. Scheidingstaal stuwt misstanden (“Buitenbeentjes!”), stuwt zelfwaarde-verlies (“Ik woon in een achterstandswijk”), en zet nota bene het eigen denken in om of-of te denken (“Ik hou ook van jou hoor.” Of niet). En de bijbehorende risico’s laten zich raden: meer insecticiden, toename van depressiekansen, en respectievelijk relatie-afbreuk.

Wil het leven een stuk gezelliger worden, dan lijkt het erop dat het vervangen van scheidingstaal door… tja… noem eens wat… ‘eenheidstaal’ (?) een hoop goed zal doen. Waarbij het dagelijks gebruik van zo’n nieuwe taal  hoogstwaarschijnlijk openheid, nieuwsgierigheid en creativiteit zal prikkelen, in tegenstelling tot de huidige gesloten, ik-heb-gelijk-en-jij-mag-doodvallen, en stoffige scheidingstaal-plaag.  

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.